Kolonisatie heeft een lange traditie. Alles wat door macht te verkrijgen of te gebruiken is, leidt tot verrijking voor degenen die de macht hebben. Van slaafgemaakten die als kapitaalpost op de balansen van grootgrondbezitters en plantagehouders stonden tot grondstoffen en cultuurgoederen, waarvan een deel nog steeds staat te pronken in Westerse musea.
Voor een deel van die ‘nobele’ traditie hebben we in het verleden al sorry gezegd, zoals voor het extreme geweld in Indonesië, of gaan we binnenkort sorry voor zeggen, zoals voor de slavernij. 150 jaar na de afschaffing.
Alles wat door macht te verkrijgen of te gebruiken is, leidt tot verrijking voor degenen die de macht hebben.
Maar laten we vooral niet doen alsof we daarmee klaar zijn. Nog steeds staan machtsverhoudingen toe dat mensen worden uitgebuit. Wij kunnen spullen voor onder de kostprijs kopen omdat elders mensen in een sweatshop creperen. Nog steeds buiten rijke landen op grote schaal armere landen uit door onder het mom van globalisering op grote schaal ontbossing, vernietiging van natuur en het leeghalen van de grond te accepteren. Het enige verschil is dat we dit niet langer kolonisatie noemen, maar commodificatie. Een schijnbaar neutraal begrip; we drukken alles in geldwaarde uit, verhandelen het op de markt en ieder krijgt zijn deel. Wat nu, ethiek?
Maar ook nu zijn we volkomen blind voor de ongelijkheid en onrechtvaardigheid die dat met zich meebrengt. We liggen er totaal niet wakker van dat de Nederlandse intensieve veehouderij door middel van sojavoer het regenwoud vernietigt en en passant ook nog de Nederlandse natuur. We staan er totaal niet bij stil dat wij meer dan driemaal de ruimte op aarde innemen ten koste van anderen. En we vinden het maar knap lastig om een solidariteitsfonds te vullen voor diegenen die als eersten de gevolgen van klimaatverandering zullen merken.
Onze economie is niets anders dan een groot, verslindend beest. Wij hebben nog steeds macht en dus pakken we wat we pakken kunnen. Commodificatie houdt de ongelijkheid in stand en maakt datzelfde economisch beest tot een instabiel en onberekenbaar monster. Wanneer gaan wij dat zien? Wanneer gaan we grenzen opleggen en respecteren, ook als het pijn doet? We kunnen niet weer 150 jaar wachten voordat we sorry zeggen. Dan is het echt te laat. Daarom doe ik het alvast.
Hans Stegeman is hoofdeconoom en strateeg bij Triodos Investment Management en publiceerde deze column ook in het Financieele Dagblad.