Industriële bouw als antwoord op de woningnood

In een tijd waarin Nederland geconfronteerd wordt met een historisch woningtekort, kiest het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) voor een fundamenteel andere aanpak: industrieel bouwen. Geen tijdelijke lapmiddelen meer, maar een structurele hervorming van de manier waarop we bouwen. Het gaat om gezonde, permanente gebouwen en woningen die volledig voldoen aan het Bouwbesluit, geconditioneerd worden geproduceerd in fabrieken en snel op locatie kunnen worden geplaatst. Duurzaam en betaalbaar.

Interessant? Deel het artikel

Foto: Startblock
Foto: Startblock

Waar traditionele bouw vaak maanden duurt en afhankelijk is van weer, handarbeid en logistieke complexiteit, wordt industrieel bouwen gezien als hét alternatief om structureel méér woningen te realiseren in minder tijd. Minister Mona Keijzer onderstreept: “De woningnood vraagt om meer dan versnellen; het vraagt om transformeren. Industriële bouwmethodes combineren snelheid, kwaliteit en duurzaamheid.”

In 2030 moet de helft van alle nieuwbouwwoningen industrieel geproduceerd worden. De nieuwe koers wordt ondersteund door aangepaste wet- en regelgeving, fiscale stimulansen en doelgerichte innovatieprogramma’s. Een sprekend voorbeeld is Startblock, fabrikant van permanente, kant-en-klare en betaalbare woningen die volledig voldoen aan het Bouwbesluit. Deze woningen worden in een hightech fabriekshal in Emmeloord in slechts zes dagen geproduceerd en kunnen binnen enkele dagen worden geplaatst op een woonlocatie, met een kwaliteit en levensduur gelijk aan die van traditioneel gebouwde woningen.

“Van bouwplaats naar productielijn”

Startblock heeft inmiddels driehonderd betaalbare woningen door heel Nederland gerealiseerd. Wim-Heerke Spronk, CEO van Startblock, benadrukt: “Onze woningen zijn geen tijdelijke oplossingen, maar volwaardige, circulaire woningen die duurzaam inzetbaar zijn, én toekomstbestendig. We bewijzen dat industrieel bouwen en verplaatsbaarheid geen concessie hoeft te zijn.” Spronk is ervan overtuigd dat de noodzakelijke verandering niet vanuit de bouw komt, maar vanuit de maakindustrie en roept de collega industriële bouwers dan ook op om zich te verenigen en samen te werken. Alleen zo kunnen we collectief ernaar streven om industrieel bouwen stevig te positioneren als een gelijkwaardig en schaalbaar alternatief voor traditionele bouw en aantonen dat permanente woningen uit de fabriek niet alleen sneller, maar ook duurzamer en betaalbaarder zijn.

“Kip en het ei”

Samen zorgen voor een stabiele vraag, samen pleiten voor eenduidige regelgeving en sneller betere toegang tot geschikte bouwlocaties. “We willen geen uitzondering zijn, maar een volwaardig alternatief dat standaard wordt meegenomen in elke ruimtelijke ontwikkelstrategie”, aldus Spronk. Door samenwerking zal de vraag gestaag toenemen, kunnen we productiecapaciteit snel verhogen en gezamenlijk verder investeren in innovatie en standaardisatie.

Bouwen met de natuur

Naast industrialisatie wordt biobased bouwen door het ministerie gezien als een essentieel onderdeel van de oplossing. Hierbij worden hernieuwbare materialen zoals hout, vlas, hennep en stro ingezet als volwaardig bouwmateriaal. Het landelijke programma van ‘Building Balance’, dat biobased ketens opzet van boeren tot bouwers, speelt hierin een belangrijke rol. Frances Swets, aanjager nieuwbouw van Building Balance, stelt: “We bouwen letterlijk aan een nieuwe economie waarin de boer aan de basis staat van de bouwketen. Door biobased materialen op te schalen, verminderen we de milieu-impact én versterken we regionale werkgelegenheid.”

Een andere krachtige beweging komt van ‘De Gideons’, een groeiend collectief van architecten, bouwers, wetenschappers en beleidsmakers dat onder de bezielende leiding van Norbert Schotte werkt aan systeemverandering in de bouwsector. Ze stellen zich niet tevreden met pilots of kleinschalige vernieuwing, maar strijden voor grootschalige toepassing van duurzame en circulaire bouwprincipes. Onder hun credo ‘We gaan het gewoon doen’ organiseren ze kennisuitwisseling, beleidsadviezen en lokale experimenten die de bouwpraktijk in Nederland radicaal veranderen.

Het ministerie pakt door

Het ministerie werkt actief aan het aanpassen van wet- en regelgeving om industriële bouw te faciliteren. Permanente, verplaatsbare woningen worden eenvoudiger vergund, en standaarden worden ontwikkeld om fabrieksbouw op te schalen. Daarnaast zijn er fiscale voordelen waarmee circulair bouwen financieel aantrekkelijk wordt gemaakt. Deze aanpak maakt het voor gemeenten, woningcorporaties en projectontwikkelaars makkelijker om te kiezen voor innovatieve woonoplossingen zonder in te leveren op kwaliteit of regelgeving.

“slim, schoon en schaalbaar”

Kort samengevat: de industriële bouw is volwassen geworden. Het ministerie van Volkshuisvesting erkent dit en maakt ruimte voor een bouwsector waarin fabrieksmatige productie, circulaire materialen en permanente verplaatsbaarheid de norm worden. Samen met koplopers zoals Startblock en de vele andere industriële bouwers, de systeemveranderaars van ‘De Gideons’ en de ketenbouwers van ‘Building Balance’, is de revolutie in volle gang.

We staan aan het begin van een nieuw tijdperk in de bouw. Niet langer stapelen op de bouwplaats, maar assembleren in de fabriek: slim, schoon en schaalbaar.

Interessant? Deel het artikel

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief zodat we je geregeld op de hoogte kunnen houden.
Wat zouden we het leuk vinden als je ons ook een mail stuurt met waar jij gelukkig van wordt.

Meer over

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief zodat we je geregeld op de hoogte kunnen houden. Wat zouden we het leuk vinden als je ons ook een mail stuurt met waar jij gelukkig van wordt.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *