“He heit, ik heb vandaag weer een aantal mensen blij gemaakt!” lees ik op whatsapp. Het berichtje komt op een zaterdagavond binnen en is van onze oudste dochter. Elske werkt als allround schoonheidsspecialiste in een Spa Wellness centrum in het noorden van ons land. Wanneer haar werkdag er bijna opzit, kijkt ze nog even in het gastenboek, noem het maar een ‘hoe vond u uw behandeling?-boek’. Die zaterdag kreeg ze een mooi compliment te lezen.
Mensen blij maken, het maakt Elske ook blij. En trots. Zo blij en trots dat zij haar blije gevoelens weer met haar ouders wou delen. Van doen, naar lezen, naar het wereldkundig maken. En tsja wat doe je dan als trotse ouders, natuurlijk die blije trotsheid met anderen delen. Het geluk-virus is de wereld ingezonden en wordt gedeeld. Het is toch prachtig, vreugde putten uit de vreugde van een ander. Het lijkt simpel, maar die basis, die houding op deze wereld, in onze maatschappij kunnen en durven uiten is een kunst.
Onze maatschappij, onze systeem-machine
Onze samenleving, onze maatschappij is de afgelopen decennia uitgegroeid tot een systemen-machine. Zelf ben ik mijn ‘loopbaan’ begonnen in de verstandelijk gehandicapten zorg, van daaruit werd ik gedetacheerd naar het speciaal onderwijs. In die vorm van onderwijs ontdekte ik binnen een paar dagen dat ook het onderwijs een groot, log systeem is.
Mijn taak was destijds om jongeren met een ernstige verstandelijke beperking te begeleiden binnen het onderwijs. Kinderen en of jongeren met een IQ lager dan 35. Doel was te onderzoeken welke vakken bij hen zouden passen, hoe een lesrooster op te zetten voor deze specifieke groep, hoe het leren inzichtelijk te maken voor de ander, welk curriculum te gebruiken en wie zet je voor de klas. Een prachtige opdracht, waar ik vol gedrevenheid mee aan de slag ging.
Een nieuwe doelgroep in het onderwijs. Maar van ‘hoe maken we het onderwijs passend voor deze groep leerlingen’, werd het steeds meer ‘hoe maken we de leerlingen passender voor het onderwijs’. Paardrijden kon niet meer, want dat deden andere leerlingen ook niet, evenmin als het uurtje zwemmen. Want tsja dat is geen onderwijs meer.
Het systeem werd bepalend, een systeem van kaderen, hokjes, vakjes, lijnen. Allemaal met het doel ‘grip willen hebben op’. Met een doelgroep die zich niet laat kaderen…
We zijn begonnen in 2002, nu twintig jaar later krijg ik nog steeds de vraag: ‘’is dit nog onderwijs?”
Het systeemonderwijs en de definitie van het onderwijs zijn klaarblijkelijk heilig.
Systemen, ook in de zorg
Systemen, de zorgwereld is me d’r ook eentje.
Voor onze tweede dochter hadden we ooit het persoonsgebonden budget. Voor ons mooi, we konden haar om het weekend naar een logeerhuis brengen en er kwamen speeljuffen bij ons over de vloer. Vanzelfsprekend werd het uitgekeerde pgb-budget aan ons gecontroleerd. Telefonisch, middels een vooraf in elkaar gekunstelde vragenlijst. Niet met de bedoeling om ons ouders bij te staan of te helpen. Nee de basis was wantrouwen. Als dit antwoord volgt op die en die vraag, dan vindt er korting op het gehele pgb-budget plaats.
“Kan uw dochter vijf minuten alleen worden gelaten wanneer u even naar de buren of een winkel gaat?”, was een van de vragen. Ja dat kon ze toen en kan ze nu nog beter. Toen, deden we het af en toe, met het zweet in onze handen, als het maar goed gaat. Een vraag over hoe ze dan thuis was werd overigens niet gesteld, zal niet op het lijstje hebben gestaan.
Gevolg was dat ons pgb-budget werd stopgezet en dat we nog een gedeelte dienden terug te betalen ook. Boosheid, woede, verdriet bij ons. Dit omdat er een liniaal-controle-meetkundige mevrouw ons de vragen had gesteld en met een viltstift of zwarte pen een flinke streep kon zetten door ons budget. Hoe het voor haar heeft gevoeld, het moet niet gelukzalig zijn geweest lijkt mij, niet iets om te delen met anderen.
Twee weken later wist ik in een gesprek met de uitvoerende instantie, godzijdank, het tij nog te keren. Toen ik zei dat we zonder pgb onze dochter versneld uit huis zouden moeten plaatsen en dat dat nog meer zou kosten, ging de meneer met wie ik sprak overstag.
Vertrouwen op wantrouwen?
Twee voorbeelden, van toch alledaagse systemen in onze maatschappij. Systemen gebaseerd op het willen hebben van grip, gebaseerd op wantrouwen in de mens. Onze huidige maatschappij is doorspekt met dit soort van systemen, regeltjes.
Systemen en regeltjes die ons moeten prikkelen en sturen… Vanuit wantrouwen. Dat is toch allemaal achterhaald en niet meer van deze tijd, zou je denken? En toch blijven we stemmen op partijen die grondlegger zijn van dit soort denken en handelen. We stemmen dus met het volste vertrouwen op een partij die regeert op basis van wantrouwen. Vreemd toch?
Onlangs sprak ik een ernstig zieke mevrouw, iets ouder dan ik. Op de vrouw af heb ik haar gevraagd: “waar vind jij nog geluk?”. Haar antwoord: “In en bij de mensen rondom mij, de mensen die mij na staan. De mensen die ik vertrouw!”
Laten we geluk delen
Het is weer een zaterdagavond. Er komt weer een app binnen. “He heit, er was vandaag een jonge dame met haar zus die spastisch was. Ze was mantelzorgster van har. Het lukte me haar zus geheel te ontspannen. Waardoor de mantelzorgster har rol even helemaal kon laten vallen en echt tijd voor haar zelf had. Ze vond mijn behandeling heerlijk. Dat vond ik zo mooi.”
En ik maak dat graag weer wereldkundig. Het kan: er zijn voor de ander, vanuit jouw passie, vanuit jouw gedrevenheid, vanuit jouw vertrouwen in jezelf en in die van de ander.
Deel het, verspreid het virus van blij maken, het virus van geluk.
Het kan, wij kunnen een pandemie van geluk veroorzaken. Heb er vertrouwen in!