Veiligheid en vrijheid zijn fundamenten van een goed leven. Toch is de balans tussen beide zelden precies 50/50. Hoe die balans wordt gevonden, hangt af van de situatie en van de waarden van de mensen die betrokken zijn. De overheid maakt hierin keuzes, vastgelegd in wet- en regelgeving.
Maar als regels strenger worden om grip te houden, raakt vrijheid snel op de achtergrond. Protocollen en richtlijnen moeten gedrag sturen. En als dat niet werkt, komen er nóg meer regels bij. Zo wint ‘veiligheid’ het structureel van ‘vrijheid’. Hup Holland Hup!
“Laat me, laat me, laat me m’n eigen gang maar gaan – Ramses Shaffy”
Gezondheid: boerenverstand of beleid?
Neem het gebruik van glyfosaat in de landbouw. Ondanks waarschuwingen uit de wetenschap over de schadelijke effecten op gezondheid -denk aan kanker, leukemie, parkinson- blijft het toegestaan. Waarom? Omdat de vrijheid van de teler blijkbaar zwaarder weegt dan de veiligheid van de burger. Zelfs het boerenverstand lijkt hier de weg kwijt. Een huisarts in Westerveld stelde publiekelijk de simpele, maar scherpe vraag: hoe kan het dat we dit elkaar aandoen? Een klein gebaar met grote betekenis.
Zorg: wetgeving is nog geen menselijke maat
Voor wie afhankelijk is van zorg, is veilige vrijheid deels wettelijk geregeld. De Wet zorg en dwang bijvoorbeeld, biedt ruimte aan mensen met dementie om naar buiten te kunnen wanneer ze willen, of voorkomt dat jongeren zomaar in isolatie belanden. Maar of die vrijheid in de praktijk echt gevoeld wordt, hangt af van de mensen om hen heen. Het vraagt visie, vakmanschap en empathie van zorgprofessionals. Niet nóg meer regels, maar juist ruimte voor reflectie, dialoog en morele afweging. Ruimte om écht te kijken: wat heeft deze mens nodig? Investeren in systeembeheersing zonder aandacht voor menselijkheid, is water naar de zee dragen. Bezuinigen op vakmanschap en ethiek? Dan verdwijnt elk perspectief.
Defensie: in staat van paraatheid
Veilige vrijheid raakt ook defensie. We willen vrede, geen oorlog. Toch gaan miljarden naar bewapening. Nederland is in verhoogde staat van paraatheid en materieel rijdt weer massaal door de straten. De Russische invasie in Oekraïne rechtvaardigt die alertheid. Maar het roept ook vragen op. Hoe veilig zijn we als we massaal investeren in oorlogsmaterieel? En hoe vrij zijn we werkelijk, als de NAVO 32 landen in opperste staat van paraatheid brengt?
Ethiek als kompas
Wat je onder veiligheid en vrijheid verstaat, hangt af van het perspectief. Maar één ding is duidelijk: veilige vrijheid is geen optelsom van belangen. Het is een morele opdracht. Een overheid die zich hier serieus aan committeert, kijkt verder dan regels en belangen. Ze zoekt balans. In elk domein. Voor elke burger. Ik moest denken aan een prachtig gebaar van Frank Lammers, die zijn arm om een dakloze man sloeg. Geen groot beleid, geen dikke nota. Gewoon menselijkheid. Een kleine daad met grote betekenis.
Tot slot
Misschien moeten we het woord ‘ethiek’ -hoe formeel ook- weer omarmen als basisnorm. Niet als abstract begrip, maar als praktisch kompas. In zorg, beleid, en het dagelijks leven. Als vertrekpunt voor overstijgend beleid. Als brug tussen burger en overheid.
Want veilige vrijheid is van ons allemaal.